In Battenoord, een dorpsdeel van Nieuwe-Tonge gelegen aan de zeedijk (tegenwoordig de dijk van het Grevelingenmeer), speelde zich in de nacht van 1 februari 1953 een verschrikkelijke tragedie af. Mensen die vluchtten voor het tegen de dijk beukende water, werden door het water overrompeld. Wat niemand verwachtte gebeurde: op verschillende plaatsen braken de dijken en een vloedgolf overspoelde vrijwel heel het dorp Nieuwe-Tonge en alle polders daaromheen. Het was overduidelijk de wens van burgemeester Chris van Hofwegen van Nieuwe Tonge om de herinnering hieraan levend te houden. De burgemeester zelf was nauw betrokken en schreef op wat er gebeurde. Om zo objectief en compleet mogelijk verslag te kunnen doen, vroeg hij andere ooggetuigen op schrift te stellen wat zij die nacht en de dagen daarna beleefden. Het zeer indringende verslag is nooit eerder gepubliceerd.
De burgemeester begon het verslag als volgt:
“Niet alleen ten behoeve van hen die na ons komen en zich een indruk willen vormen over de wijze waarop de ramp zich over ons dorp voltrok werd dit verhaal geschreven, doch bovenal ter informatie van hen die zich daarover reeds nu of nog steeds geen beeld kunnen vormen.” De burgemeester schreef het verhaal op, ‘met als doel te voorkomen dat onjuiste geruchten zich als ware beschrijvingen zullen vestigen.’
Het verslag van de burgemeester vormt vrijwel de enige bron voor deze Naar-Toen route door Nieuwe-Tonge en directe omgeving. Uit de vaak uitvoerige verslagen zijn per plek een of meer fragmenten van dit verslag genomen. De route vormt een digitaal monument voor de slachtoffers van de watersnoodramp van 1953. En het is eerbetoon aan de helden van de watersnoodramp, van wie sommige het overleefden en sommige het leven lieten.
Battenoord vormde het decor voor het boek Oosterschelde, windkracht 10 van de bekende kinderboekenschrijver en politicus Jan Terlouw.
Lees het boek van Willem van der Ham Ooggetuigen van de Watersnood 1953